Jaarverslag

Werk en inkomen

Samenstelling programma (obv gerealiseerde lasten incl. dotaties aan reserves

757,9 mln.

Samenstelling dekkingprogramma (obv gerealiseerde baten incl. ontrekkingen aan reserves)

757,9 mln.

Wat heeft het gekost?

Financiële verantwoording op hoofdlijnen

Toelichting op de samenstelling van de lasten in 2020
Het programma Werk en inkomen omvat € 757,9 mln. Binnen het programma wordt 74% besteed aan bijstandsverleningen en inkomensvoorzieningen (€ 559,8 mln.). De overige activiteiten bestaan uit de re-integratie en participatie activiteiten inclusief sociale werkvoorziening (€ 118,9 mln.) en het gemeentelijk minima-en schuldenbeleid (€ 78,1 mln.).

Toelichting op de samenstelling van de dekking in 2019
De activiteiten worden hoofdzakelijk gedekt uit de rijksbijdrage voor de bijstandsverleningen € 515,5 mln. (68%) en een bijdrage uit de algemene middelen € 201,7 mln. (27%).

Bedragen x € 1.000

Rekening 2020

Actuele begroting 2020

Resultaat 2020

Ontwerp begroting 2020

Rekening 2019

Lasten

741.064

761.604

20.539

V

614.728

603.854

Baten

549.689

536.104

13.585

V

391.520

401.939

Saldo exclusief reserves

191.375

N

225.500

N

34.124

V

223.208

N

201.915

N

Dotaties aan reserves

16.800

16.800

0

-

5.000

5.000

Onttrekkingen aan reserves

6.520

10.850

4.330

N

11.350

9.839

Saldo inclusief reserves

201.656

N

231.450

N

29.794

V

216.858

N

197.075

N

 
1. Toelichting op het financiële resultaat van programma Werk en Inkomen

Het programma Werk en inkomen sluit af met een resultaat van € 29,8 mln. voordelig ten opzichte van de begroting. De belangrijkste resultaten hiervoor zijn:

Het voordeel op het cluster Inkomen (€ 18,9 mln.) is voornamelijk veroorzaakt door een lagere groei van het aantal uitkeringen (€ 9,9 mln.), een hoger BUIG-budget (€ 12,9 mln.) van het Rijk en een nadeel van € 3,1 mln. op diverse overige baten.

  • € 18,9 mln. voordelig cluster 2 inkomen.
    •  Kleinere toename van het aantal mensen in de bijstand dan verwacht en begroot (€ 9,9 mln. voordelig). Hiervan is € 8,7 mln. te wijten aan de kleinere toename dan verwacht in verband met corona,€ 1,2 mln. is een prijsverschil (gemiddelde uitkering valt lager uit dan verwacht)
    •  Ruimere ophoging van het BUIG-budget door het Rijk dan begroot (€ 12,9 mln. voordelig) waarvan € 10,5 mln. vanwege corona
    •  Nadeel op diverse overige baten (€ 3,1 mln.).
  • € 6,5 mln. voordelig cluster 1a werkgelegenheidsprojecten. De voornaamste redenen hiervoor zijn:
    • Tijdelijk stilleggen werkfit- en ontwikkeltrajecten vanwege corona. (€ 4,4 mln. voordelig).
    • Voordeel aanpassing btw-compensatie op activiteit werkgelegenheidsprojecten. Deze is na een rechtszaak aangepast van 75% naar 100% compensabel (€ 2,1 mln. voordelig).
  • € 1,77 mln. voordelig cluster 1.b sociale werkvoorziening, bestaande uit:
    • Bijdrage Rijk voor exploitatietekorten sociale werkbedrijven wegens corona (€ 3,1 mln. voordeel op lasten).
    • Lagere omzet als gevolg van corona (€ 2,0 mln. nadeel op baten).
    • Overige voor- en nadelen optellende naar € 0,6 mln. voordelig.
  • € 1,2 mln. voordelig cluster 3.a minimabeleid. Door sterke vermindering in het gebruik van de Ooievaarspas door corona treedt hier een voordeel op (€ 1,0 mln. voordelig).

2. Neutrale ontwikkelingen
Inkomen
De Tozo-regeling heeft tot € 138,5 mln. extra lasten geleid, die volledig door het Rijk worden vergoed.

3. Toelichting op majeure afwijkingen ten opzichte van de uitkomst van vorig jaar

Het resultaat van de activiteit Werk is € 1,9 mln. (V) gunstiger uitgevallen dan in 2019. De belangrijkste redenen hiervan zijn:

  • Lagere realisatie vanuit de werkfit en werkontwikkeltrajecten door het tijdelijk stil leggen van de dienstverlening i.v.m. de coronamaatregelen.
  • Verdere afloop van de STiP 1.0 middelen en een lagere onttrekking van de STiP reserve in 2020.

Het resultaat van de activiteit sociale werkvoorziening is € 2,9 mln. (V) gunstiger uitgevallen dan in 2019.
Hier liggen de volgende majeure redenen aan ten grondslag:

  • Een bijdrage van het Rijk in 2020 voor de exploitatietekorten sociale werkvoorzieningen in de effecten van corona € 3,1 mln. (V).
  • De in 2020 ontvangen compensatie met terugwerkende kracht voor betaalde transitiekosten 2015-2020 die € 1,3 mln.(V) hoger is uitgevallen dan begroot. Ook het feit dat met ingang van 2020 de betaalde transitiekostenvergoeding door het UWV wordt gecompenseerd. Hierdoor liggen de lasten in 2020 € 1,1 mln. lager (V).
  • De omzetderving in 2020 door het tijdelijk stilleggen van de productie door corona en het gefaseerd weer opstarten € 2 mln. (N) en noodzakelijke aanpassingen op o.a. RIVM-maatregelen € 0,9 mln. (N).

Het resultaat van de activiteit Inkomen is € 5,9 mln. (V) gunstiger uitgevallen dan in 2019. De belangrijkste redenen zijn:

  • Hogere rijksvergoeding BUIG-uitkeringen € 14,6 mln. (V).
  • Hogere lasten BUIG € 2,8 mln. (N).
  • Lagere gemeentelijke baten als gevolg van minder fraudevorderingen € 2,2 mln. (N).
  • Een toevoeging aan de bestemmingsreserve Wigo4it (ICT) van € 3,5 mln. (N).

4. Corona-effecten

  • Zie onder punt 1, 2 en 3 de benoemde effecten van corona.
  • Begrotingstechnisch zijn er de volgende ontwikkelingen geweest. Zie voor besluitvorming: RIS 307129.
  • € 3,081 mln. rijksbijdrage voor omzetderving sociale werkvoorziening verwerking in de begroting.
  • € 4,8 mln. aan middelen re-integratie geherfaseerd van 2020 naar 2021.

Andere lasten en baten zijn opgevangen binnen P7.

Waar bestaan de kosten uit?

Financiële verantwoording per activiteit

Cluster 1a Werk

Werkgelegenheidsprojecten

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

45.331

2.419

42.912

N

Begroting 2020

52.683

3.300

49.383

N

Resultaat

7.353

V

882

N

6.471

V

Toelichting op lasten en baten
In 2020 is aan werkgelegenheidsprojecten € 45,3 mln. besteed. Door de komst van corona zijn zowel de werkfit- als de werkontwikkeltrajecten tijdelijk stil gelegd. Er waren minder vacatures beschikbaar voor onze kandidaten en de doorstroom naar regulier werk stagneerde. In die tijd is veel werk en energie gestoken om de vele Tozo-aanvragen te behandelen. De werkfit- en werkontwikkeltrajecten waren vanaf de zomer weer op het reguliere niveau, maar kende na oktober wederom een terugval door de extra verscherpte maatregelen rondom Corona. Dit heeft voor een onderbesteding gezorgd van € 4,4 mln. Daarnaast was er een btw-meevaller van € 2,1 mln. De meevaller komt door een teruggave van de belastingdienst over de periode 2015-2018 en een aanpassing in de realisatie 2020. De belastingdienst heeft de btw-compensatie met terugwerkende kracht aangepast van 75% compensabel naar 100%.

Toelichting financieel resultaat werkgelegenheidsprojecten SZW                € 6,5 mln. V/I

De werkfit- en werkontwikkeltrajecten                               € 4,4 mln. V/I
Het tijdelijk stilleggen van de werkfit- en ontwikkeltrajecten vanwege corona.

Btw-compensatie                                   € 2,1 mln. V/I
Meevaller komt door de aanpassingen van btw-compensatie van 75% op re-integratieactiviteiten naar 100%.

Participatievoorzieningen

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

2.645

71

2.574

N

Begroting 2020

3.093

69

3.024

N

Resultaat

448

V

2

V

449

V

Toelichting op lasten en baten
Binnen de activiteit Participatievoorzieningen zijn naast de lasten voor de reguliere dienstverlening ook de lasten voor het programma Inburgering opgenomen. Voor de reguliere dienstverlening bedroeg het lastenbudget € 1,8 mln. en voor het programma Inburgering ging het in 2020 om een bedrag van € 1,3 mln. Het inburgeringsbudget bestaat uit de middelen die het Rijk beschikbaar heeft gesteld voor het begeleiden van de huidige groep inburgeraars en incidenteel budget voor invoering van de nieuwe wet.

Toelichting financieel resultaat participatievoorzieningen         € 0,4 mln. V/I

In 2020 is er op de activiteit Participatievoorzieningen een incidenteel voordeel van € 0,4, mln. Dit komt voort uit een voordeel op zowel de reguliere dienstverlening als het programma Inburgering.

Reguliere dienstverlening                                       € 0,3 mln. V/I
Het voordeel van € 0,3 mln. wordt verklaard door lagere apparaatslasten (€ 0,2 mln. V/I) en lagere lasten vanuit de CVDH (€ 0,1 mln. V/I).

Programma inburgering                                    € 0,1 mln. V/I
Doordat de Wet inburgering opnieuw is uitgesteld, zijn er minder kosten gemaakt in de opstartfase dan begroot. Dit levert een incidenteel voordeel op van € 0,1 mln.

Intensiveren Uitstroom Bijstand

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

14.648

6.520

8.128

N

Begroting 2020

17.777

9.300

8.477

N

Resultaat

3.129

V

2.780

N

349

V

Toelichting op lasten en baten
Het coalitieakkoord bevat de ambitie om vanaf 2019-2022 jaarlijks 500 mensen meer aan het werk te krijgen. Voor deze ambitie is € 18 mln. beschikbaar gesteld. In 2020 is € 8,6 mln. (exclusief overhead) van de beschikbaar gestelde € 18 mln. ingezet. Daarnaast is in 2020 via de Regiodeal Den Haag Zuidwest € 0,9 mln. beschikbaar voor innovatieve projecten via het Werkoffensief +500. Ook is er een dotatie aan de bestemmingsreserve van € 8,3 mln. De baten van € 9,3 mln. zijn een onttrekking uit dezelfde bestemmingsreserve.

Van de lasten wordt € 2,6 mln. ingezet voor het in beeld brengen van kandidaten, € 3,0 mln. voor het ontwikkelen en begeleiden van kandidaten, € 3,2 mln. voor het duurzaam matchen van kandidaten aan werkgevers en € 0,7 mln. voor directie en innovatie.

Toelichting financieel resultaat Intensiveren Uitstroom Bijstand      € 0,3 mln. V/I

Apparaatslasten                                                                                                                  € 1,9 mln. V
In 2020 is een voordeel van € 1,9 mln. op apparaatslasten. Het bleek vanwege corona niet altijd mogelijk om de geplande dienstverlening aan kandidaten te bieden. Zo is het nogmaals spreken van 5.500 kandidaten via een Hallo Werkdag doorgeschoven naar 2021. Daardoor was er gedurende het jaar geen sprake van volledige bezetting.

Werkfit                                                                                                                                     € 0,7 mln. V
Een groot aantal werkfittrajecten zijn als gevolg van de coronamaatregelen tijdelijk stilgelegd. Ook zijn nieuwe trajecten uitgesteld. Dit resulteert in een voordeel van € 0,7 mln.

Overige projecten                                                                                                                  € 0,5 mln. V
Er is een voordeel van € 0,5 mln. vanwege het niet doorgaan van verschillende kleine projecten. Denk aan werkakkoorden die nauwelijks zijn verzilverd of evenementen die geen doorgang konden vinden vanwege corona.

Baten                                                                                                                                       € 2,8 mln. N
Om de door het college beschikbare middelen voor het Werkoffensief +500 te oormerken is er in 2019 gekozen om een bestemmingsreserve +500 aan te maken. Door een onderbesteding bij het Werkoffensief +500 is in 2020 € 2.8 mln. minder onttrokken uit de bestemmingsreserve +500.

Cluster 1b. Sociale werkvoorziening

Sociale werkvoorziening

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

56.364

22.786

33.578

N

Begroting 2020

59.837

24.488

35.349

N

Resultaat

3.473

V

1.702

N

1.771

V

Toelichting op lasten en baten
De lasten op deze activiteit hebben voor 91% betrekking op loonkosten voor SW-medewerkers, voor
4 % op de infrastructuur van de sociale werkvoorziening en 5% betreft een rijksbijdrage ter compensatie van de effecten van corona. De baten bestaan voor 86% uit bedrijfsopbrengsten van uitgevoerde orders,
voor 3% uit subsidies en voor 11% uit een incidentele baat voor compensatie betaalde transitiekostenvergoeding.

Toelichting financieel resultaat Sociale werkvoorziening                     € 1,7 mln. V/I

Het resultaat op zowel de lasten als de baten is in 2020 sterk beïnvloed door de effecten van corona.
De productiewerkzaamheden hebben vanaf medio maart tot medio mei volledig stilgelegen. In de loop van het jaar is dit weer opgepakt tot een niveau van 80%. De schoon-en groenwerkzaamheden zijn grotendeels uitgevoerd door in meerdere shifts te werken.
Extra lasten zijn gemaakt om de werkomgeving conform de RIVM-richtlijnen in te richten. Het Rijk heeft aanvullende middelen beschikbaar gesteld voor de exploitatietekorten van de sociale werkbedrijven. Deze situatie speelt ook in 2021. De mate van de effecten voor 2021 zijn nog niet bekend.

Het resultaat op de baten is € 1,7 mln. nadelig. Dit heeft 3 oorzaken: een lagere omzet (€ 2,0 mln. N/I) als gevolg van corona, een bij de reorganisatie administratief te hoog opgenomen begrote omzet
(€ 1,0 mln. N/S) en een hogere incidentele compensatie van het UWV (€ 1,3 mln. V/I) voor betaalde transitiekostenvergoedingen.
Het resultaat op de lasten is € 3,4 mln. voordelig. Dit heeft meerdere oorzaken:

·       Een hoger budget (€ 3,1 mln. V/I) door een bijdrage van het Rijk voor compensatie van exploitatietekorten van sociale werkbedrijven voor de effecten van corona.
·       Een aanvullende bijdrage (€ 1,7 mln. V/I ) voor de WSW-regeling.
·       Hogere lasten beschut (€ 0,9 mln. N/S).
·       Hogere lasten (€ 0,9 mln. N/I) noodzakelijke aanpassingen op o.a. RIVM-maatregelen.
·       Overschrijding personele lasten (€ 0,5 mln. N/S) door een bij de reorganisatie te laag opgenomen budget. Per saldo wordt circa € 0,9 mln. V/I van dit resultaat doorbelast naar programma overhead.

Lasten                                                                                                                       € 3,4 mln. V/I
 
Rijksbijdrage exploitatietekort sociale werkbedrijven                                         € 3,1 mln. V/I
 
Het kabinet heeft gemeenten voor de periode van 1 maart tot 31 december 2020 in totaal € 140 mln. verstrekt voor het opvangen van de exploitatietekorten van de sociale werkbedrijven als gevolg van corona. Den Haag heeft hiervan € 1,98 mln. over de periode 1 maart tot 1 juni 2020 en € 1,1 mln. over de periode juli tot en met december 2020 ontvangen. Hiermee is het exploitatietekort voor 2020 gedekt. Ook in 2021 staat de exploitatie onder druk omdat nog niet met volledige bezetting gedraaid kan worden. Ook zijn meerdere aanpassingen nodig op de werkvloer om het werk draaiende te houden en om alle medewerkers te kunnen plaatsen conform de RIVM-richtlijnen.

Lasten WSW                                                                                                                    € 1,7 mln. V/I
 
Bij de mei- en septembercirculaire van 2020 is een aanvullend bedrag van € 1,7 mln. V/I beschikbaar gesteld door het Rijk waarmee het beschikbare budget voor de WSW is opgehoogd.

Let op: dit is een voordeel ten opzichte van het begrote bedrag en geen structureel voordeel. De daling van de rijksbijdrage voor de WSW verloopt sneller dan de afname van het aantal WSW-ers. Dit is een onderkend risico en als zodanig ook opgenomen in de risicoparagraaf van de gemeente Den Haag. In 2020 is hiervoor incidenteel € 1,7 mln. door de coalitie beschikbaar gesteld.
 
De totale loonkosten voor de WSW-regeling zijn in 2020 € 45 mln. waarvan € 5 mln. binnen de activiteit Werkgelegenheidsprojecten valt. De subsidiebijdrage vanuit het Rijk is voor 2020 vastgesteld op € 27.016 per SE. Het aantal SE is in 2020 1.467,89 waarmee de rijkssubsidie uitkomt op € 39,7 mln. voor 2020.
Het subsidietekort voor 2020 bedraagt € 5,3 mln. waarvoor de coalitie € 1,7 mln. beschikbaar heeft gesteld. Het resterende tekort van € 3,6 mln. is opgevangen binnen de activiteit.
 

Aantal SE

1.467,89

Subsidie per SE

€ 27.016

Loonkosten WSW

€ 45,0 mln.

Subsidie rijk

€ 39,7 mln.

Incidentele bijdrage coalitie

€ 1,7 mln.

Subsidietekort WSW

€ 3,6 mln.


Beschut                                                                                                                             € 0,9 mln. N/S
De gemeente krijgt per beschutte werkplek € 17.000 van het Rijk als vergoeding voor het inkomen. Daarnaast is een begeleidingsvergoeding voor 2020 vastgesteld op € 9.000. Vanaf 2021 daalt de vergoeding naar € 7.000 doordat gemeenten vanaf dat moment zelf de bijdrage voor de no-risk polis betalen. Dit bedrag dekt niet de werkelijke kosten. In 2020 waren gemiddeld 199 fte beschut medewerkers werkzaam.

Het nadeel op beschut van € 0,9 mln. N/S bestaat uit 2 componenten. Allereerst een overschrijding van de loonkosten van € 0,5 mln. door toename van het aantal fte beschut en een hoger aantal contractuele arbeidsuren dan ingeschat. Daarnaast komt het ook door een lager ontvangen subsidiebedrag dan ingeschat van € 0,4 mln. N/S. Dit komt door een hogere verdiencapaciteit dan ingeschat en een maximering van de subsidie op het wettelijk aantal.
 
Aanschaffingen en onderhoud                                                                                   € 0,9 mln. N/I
Aanschaffingen en onderhoud laten een overschrijding zien van € 0,9 mln. Dit komt vooral door de aanpassingen die nodig waren om de werkvloer en werkzaamheden in te richten volgens de RIVM-richtlijnen.
 
Personele lasten                                                                                                             € 0,5 mln. N/I
Met ingang van 2020 zijn de begrotingen bij de reorganisatie van voormalig WSP en HGR naar DHW samengevoegd en opnieuw ingedeeld. Hierbij zijn de begrote salarislasten in 2020 administratief te laag opgenomen. Dit zal in 2021 worden gecorrigeerd.
 
Doorbelasting naar programma Overhead                                                          € 0,9 mln. V/I
Van het resultaat op de activiteit Sociale werkvoorziening wordt op basis van de BBV-richtlijnen circa
€ 0,9 mln. N/I verantwoord op het programma Overhead. Hiermee wordt het resultaat op de activiteit Sociale werkvoorziening met eenzelfde bedrag gecorrigeerd € 0,9 V/I).
 
Baten                                                                                                                      € 1,7 mln. N/I

Compensatie betaalde transitiekostenvergoeding                                              € 1,3 mln. V/I
Transitiekostenvergoeding is een aanpassing van het ontslagrecht in de private wet- en regelgeving. Dit houdt in dat (met ingang van 2015) na 2 jaar ziekteverzuim het dienstverband kan worden beëindigd waarbij een SW-medewerker recht heeft op een transitiekostenvergoeding. Dit was tot en met 2019 een erkend risico en als zodanig opgenomen in de risicoparagraaf van de gemeente Den Haag.

Sinds 1 april 2020 is de Regeling compensatie transitiekostenvergoeding van kracht en deze geldt met terugwerkende kracht voor betaalde transitievergoedingen op of na 1 juli 2015. Bij de begroting 2020 was de hoogte van de compensatie nog niet bekend en is voorzichtigheidshalve een bedrag van € 1,1 mln. opgenomen (netto betaalde transitievergoeding van 1 juli 2015 tot 1 april 2020). De compensatie vanuit het UWV omvat echter de bruto betaalde transitievergoeding inclusief betaalde loonbelasting. Hierdoor is in 2020 eenmalig een voordeel ontstaan van € 1,3 mln.
 
Omzetderving door corona 19                                                                                  € 2,0 mln. N/I
De omzet is niet volledig gerealiseerd (€ 2,0 mln. N/I). De productiewerkzaamheden hebben vanaf medio maart tot medio mei volledig stilgelegen als gevolg van corona. Ze zijn gedurende het jaar gefaseerd weer opgepakt tot aan een niveau van 80% per ultimo 2020. De schoon- en groenwerkzaamheden zijn grotendeels uitgevoerd door in meerdere shifts te werken. Tegenover deze omzetderving staat een rijksbijdrage van € 3,1 mln. voor het opvangen van de exploitatietekorten van de sociale werkbedrijven als gevolg van de coronamaatregelen.

Weeffout omzet door reorganisatie                                                                         € 1,0 mln. N/I
Met ingang van 2020 zijn de begrotingen bij de reorganisatie van voormalig WSP en HGR naar DHW samengevoegd en opnieuw ingedeeld. Hierbij is de omzet in 2020 administratief te hoog opgenomen. Dit zal in 2021 worden gecorrigeerd binnen de begroting DHW.

Cluster 2 Inkomen

Bijstandsverlening en inkomensvoorzieningen

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

559.806

515.460

44.346

N

Begroting 2020

565.197

501.882

63.314

N

Resultaat

5.390

V

13.578

V

18.968

V

Toelichting op lasten en baten
In 2020 is aan inkomensvoorzieningen € 559,8 mln. besteed. Dit bedrag bestaat uit uitkeringslasten (€ 369,0 mln.), loonkostensubsidies (€ 13,8 mln.), Tozo-lasten (€ 136,4 mln.), apparaatslasten (€ 36,9 mln.), bedrijfskredieten Bbz (€ 0,2 mln.) en een toevoeging aan de reserve Wigo4it (€ 3,5 mln. voor toekomstige ICT-lasten). De € 515,3 mln. baten bestaan uit de Gebundelde Uitkering Participatiewet (BUIG € 366,6 mln.), de vangnetuitkering 2019 (€ 0,9 mln.), de vergoeding Tozo (€ 138,5 mln.) en de gemeentelijke baten (€ 9,0 mln.).

Toelichting financieel resultaat Inkomen               € 18,9 mln. V

Lasten                              € 5,4 mln. V

Uitkeringslasten                           € 9,9 mln. V/I
In Den Haag is het aantal bijstandsuitkeringen in 2020 met 2,5% gestegen van 24.139 naar 24.751. Door corona was uitgegaan van een stijging van 3,8%, waardoor een voordeel van € 8,7 mln. is ontstaan. De gerealiseerde prijs per uitkering kwam 0,3% lager uit dan begroot, waardoor een voordeel van € 1,2 mln. ontstaat.

Loonkostensubsidies                        € 0,3 mln. N/I
In 2020 is voor € 13,8 mln. aan loonkostensubsidies verstrekt, tegenover € 14,7 mln. in 2019. Als gevolg van corona was een grotere daling voorzien. Hierdoor is een nadeel van € 0,3 mln. ontstaan.

Tozo                                         € 4,4 mln. N/I
De tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers bestaat uit de verstrekking van uitkeringen voor levensonderhoud en bedrijfskredieten. Deze regeling is in maart 2020 ingevoerd en het beroep daarop was lastig te voorspellen. De totale lasten voor Tozo zijn € 4,4 hoger dan begroot (uitkeringen € 12,5 mln. N, bedrijfskredieten € 8,1 mln. V).

Overig                              € 0,2 mln. V/I
Door de inzet van Tozo bedrijfskredieten is een incidenteel voordeel van € 0,2 mln. ontstaan op de verstrekking van bedrijfskredieten Besluit bijstandsverlening zelfstandigen.

Baten                              € 13,4 mln. V/I

Gebundelde Uitkering Participatiewet (BUIG)               € 12,9 mln. V/I
Het Rijk heeft de gebundelde uitkering BUIG in oktober verhoogd met € 25,9 mln. door aanpassingen in de raming van de uitkeringen. In de begroting was al rekening gehouden met een verhoging van € 13,0 mln. Het voordeel ontstond voornamelijk omdat het Rijk € 10,5 mln. (landelijk € 182 mln.) extra beschikbaar heeft gesteld als correctie van de verwachte hogere instroom door corona. De overige € 2,4 mln. is het gevolg van een hogere bijstelling die het gevolg is van hogere realisaties in 2019.

Tozo                                € 4,0 mln. V/I
Door de hogere Tozo-lasten (zie bovenstaand) is de vergoeding van het Rijk € 4,0 mln. hoger. Hierdoor ontstaat een voordeel.

Gemeentelijke baten                        € 3,1 mln. N/I
Deze baten hebben betrekking op het terugvorderen van uitkeringen. Dit bedrag kwam € 2,6 mln. lager uit dan in 2019. Belangrijkste reden is dat in 2020 € 2,8 mln. minder aan fraudevorderingen is opgelegd. Oorzaken hiervoor zijn beperkende maatregelen als gevolg van corona en de inzet van medewerkers voor de uitvoering van de Tozo-regeling. Daarnaast wordt er bij het opleggen van fraudevorderingen steeds beter naar de feiten en omstandigheden gekeken waardoor soms lagere vorderingen nodig zijn.

Overig                              € 0,4 mln. N/I
Omdat minder gebruik is gemaakt van bedrijfskredieten Besluit bijstandsverlening zelfstandigen zijn ook de baten op dit onderdeel lager dan begroot.

Gemeentelijk minimabeleid

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

52.558

2.228

50.329

N

Begroting 2020

53.563

2.030

51.533

N

Resultaat

1.005

V

198

V

1.203

V

Toelichting op lasten en baten
In 2020 is voor € 37.7 mln. aan bijzondere bijstand verleend, er is € 7.0 mln. aan de Ooievaarspas besteed, € 2.0 mln. aan de overige armoederegelingen en € 5.8 mln. aan apparaatslasten voor het gemeentelijk minimabeleid.

De baten bestaan voor € 1.35 mln. uit terugbetaalde leningen in het kader van de bijzondere bijstand, € 0.25 mln. uit een eenmalige bijdrage van de zorgverzekeraars uit het egalisatiefonds, € 0,5 mln. uit bijdragen van Leidschendam-Voorburg en Rijswijk voor het gebruik van de Ooievaarspas en € 0.1 mln. uit baten in het kader van andere armoederegelingen.

Toelichting financieel resultaat minimabeleid            € 1,2 mln. V/I   

Ooievaarspas                           € 1,2 mln. V/I
Door corona is in 2020 noodgedwongen veel minder gebruik gemaakt van activiteiten met de Ooievaarspas. Met name theaterbezoek en speciaal georganiseerde dagtochten konden niet of nauwelijks plaatsvinden. Zonder de afspraken met de sport- en cultuurverenigingen om de contributie te blijven betalen (en zo die verenigingen een steun in de rug te geven tijdens corona) zouden de lasten nog lager zijn uitgevallen.

Bijzondere bijstand – subsidies                     € 0,25 mln. N/I
Als gevolg van corona is door STEK extra subsidie aangevraagd voor het bieden van noodhulp. Deze aanvraag is gehonoreerd. Daarnaast is extra subsidie aan de Voedselbank verleend voor de verhuizing van het distributiecentrum.

Bijzondere bijstand – individuele inkomenstoeslag                         € 0,1 mln. V/I
Het aantal toegekende aanvragen is lager dan verwacht. Ook is er sprake van een daling van het aantal toegekende aanvragen ten opzichte van 2019. Onduidelijk is of dit komt doordat er minder mensen zijn die recht hebben op een toeslag (bijvoorbeeld omdat ze in 2019 een baan hebben gekregen) of omdat mensen minder goed weten dat men recht heeft op deze toeslag. Aangezien de daling al zichtbaar was in het eerste kwartaal van 2020 lijkt corona geen oorzaak te zijn van deze daling.

Bijzondere bijstand – overige regelingen                  € 0,15 mln. N/I
Tijdens de sluiting van de Voedselbank door corona zijn extra voedselbonnen uitgedeeld aan de klanten van de voedselbank.

Overige armoederegelingen                     € 0,3 mln. V/S
Zowel bij de regeling chronisch zieken als de individuele studietoeslag is in 2020 een positief resultaat behaald. Bij de regeling chronisch zieken (€ 0.2 mln.) is dit waarschijnlijk het resultaat van de rechtmatigheidstoets waarmee gestart is. Bij de individuele studietoeslag (€ 0.1 mln.) was, in verband met een verandering van de voorwaarden, gerekend op een stijging van de uitgaven. Dit is nauwelijks gebeurd omdat er minder jongeren met een studie zijn begonnen.

Apparaatslasten                           € 0,15 mln. N/I
De hogere apparaatslasten zijn vooral het gevolg van hogere ICT-lasten.

Baten                              € 0,15 mln. V/I
In 2020 zijn meer baten ontvangen (€0,25 mln.) dan begroot als gevolg van het terugbetalen van leningen in het kader van de bijzondere bijstand. Daarentegen zijn er minder baten ontvangen van de gemeenten Leidschendam-Voorburg en Rijswijk. dat komt omdat ook in die gemeenten het gebruik van de ooievaarspas lager was dan begroot door corona.

Kinderopvang i.v.m. sociaal/medische indicatie

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

1.582

77

1.505

N

Begroting 2020

1.421

-56

1.477

N

Resultaat

161

N

133

V

28

N

Toelichting op lasten en baten
In 2020 is € 1.4 mln. uitgegeven aan kinderopvang op basis van sociaal-medische indicatie. De overige lasten zijn gemaakt voor kinderopvang voor wettelijke doelgroepen en apparaatslasten.

Toelichting financieel resultaat Kinderopvang             €0,0 mln. N/I
Het tekort op deze activiteit is in 2020 beperkt gebleven. Dit heeft te maken met een incidentele financiële meevaller als gevolg van de corona. Door de sluiting van de kinderdagverblijven ontving de gemeente €0.15 mln. compensatie van het Rijk. Daarnaast lijkt het er op dat het stellen van aanvullende voorwaarden voor het uitkeren van de compensatie voor de eigen bijdrage leidt tot een daling van de uitgaven.

Bijzondere hulpverlening huisvesting

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

114

0

114

N

Begroting 2020

114

0

114

N

Resultaat

0

N

0

0

N

Toelichting op lasten en baten
In 2020 is € 0,1 mln. uitgegeven aan noodopvang voor gezinnen. Dit is conform de begroting.

Schuldhulpverlening

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

14.975

842

14.134

N

Begroting 2020

14.394

234

14.160

N

Resultaat

581

N

608

V

26

V

Toelichting op lasten en baten
In 2020 is € 14,8 mln. besteed aan schuldhulpverlening, waarvan € 9,1 mln. aan curatieve en
€ 5,7 mln. aan preventieve schuldhulpverlening.

Toelichting financieel resultaat Schuldhulpverlening           € 0,0 mln. V/I-S

Jongerenperspectieffonds (JPF)                      lasten € 0,3 mln. N/S, baten € 0,4 mln. V/S
De gemeente Den Haag heeft een contract met stichting Jongerenperspectieffonds om jongeren met schulden te helpen. Het effect van dit contract is nog niet in de begroting verwerkt. Wat betreft de lasten leidt dit tot een overschrijding van € 0,3 mln. Bij de baten is een niet begrote bijdrage voor de personeelslasten vanuit de stichting gerealiseerd van € 0,4 mln.

Regiodealprojecten Zuid West, Thuis Best en Geldzaken070                  lasten € 0,3 mln. V/I
Voor 2 regiodealprojecten was er een onttrekking uit de reserve begroot van € 0,3 mln. Door de coronamaatregelen hebben beide projecten vertraging opgelopen. Naast de middelen uit de reserve is er ook dekking voor beide projecten vanuit de structurele exploitatie van de begroting en een bijdrage van 2 ziektekostenverzekeraars. Deze dekking was voldoende voor de kosten in 2020.

Doorbelasting apparaat                                  lasten € 0,4 mln. N/I
Op de doorbelasting van het apparaat zit een negatief resultaat van € 0,4 mln. Dit wordt veroorzaakt door externe inhuur bij de transitie naar het aanbieden van de klantreis voor iedere burger.

Kredietfaciliteiten GKB

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

663

4.809

4.146

V

Begroting 2020

566

4.946

4.380

V

Resultaat

97

N

137

N

234

N

Toelichting op lasten en baten
Onder deze activiteit worden de rentebaten en rentelasten van de kredietbank geboekt, inclusief hypotheken en het Pandhuis.

Toelichting financieel resultaat Kredietfaciliteiten GKB          € 0,2 mln. N/I

Hypotheken                                                 € 0,1 mln. N/I
Door de lage marktrente is er een negatief resultaat op de hypotheken.

Voorziening                                                  € 0,1 mln. N/I
Voor kredieten is een voorziening om eventuele oninbare vorderingen af te kunnen boeken. Hierop is een overschrijding van € 0,1 mln. gerealiseerd.

Financiele hulpverlening

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

2.916

643

2.273

N

Begroting 2020

3.185

510

2.675

N

Resultaat

269

V

133

V

401

V

Toelichting op lasten en baten
De netto uitgaven (lasten – baten) voor financiële hulpverlening bedragen € 2,3 mln. Dit bestaat uit het verlenen van sociale kredieten voor € 0,4 mln., de activiteiten onder het Pandhuis voor € 0,6 mln., bewindvoering voor € 0,9 mln. en het verstrekken van hypotheken en overige onroerend goed- financiering voor € 0,4 mln. Deze uitgaven zijn exclusief de rentebaten en lasten. Deze worden op de activiteit Kredietfaciliteiten GKB verantwoord.

Toelichting financieel resultaat Financiële Hulpverlening          € 0,4 mln. V/I

Doorbelasting apparaat                                                                   € 0,3 mln. V/I
Door een voordeel op de doorbelasting vanuit het apparaat (o.a. door een tijdelijke lagere bezetting) is een voordeel ontstaan van € 0,3 mln.

Baten                                € 0,1 mln. V/I
Het voordeel op de baten is € 0,1 mln.

Advies, informatie en sociaal juridische diensten

Bedragen x €1.000

Lasten

Baten

Saldo

Rekening 2020

6.263

355

5.908

N

Begroting 2020

6.575

250

6.325

N

Resultaat

312

V

105

V

417

V

Toelichting op lasten en baten
De netto uitgaven (lasten – baten) voor advies, informatie en sociaaljuridische diensten bedragen € 5,9 mln. Dit bedrag is onder te verdelen in € 3,6 mln. voor sociale gemeenteraadslieden en € 2,3 mln. voor sociaal casemanagement.

Toelichting financieel resultaat Advies, informatie en sociaal juridische diensten  € 0,4 mln. V/I

Doorbelasting apparaat                           € 0,3 mln. V/I
Door een voordeel op de doorbelasting vanuit het apparaat (o.a. door een tijdelijke lagere bezetting) is een voordeel ontstaan van € 0,3 mln.

Baten                              € 0,1 mln. V/I
Het voordeel op de baten is € 0,1 mln.

Reserves, voorzieningen en investeringen

bedragen x € 1.000

Reserves

Begin

Rekening 2020

Begroting 2020

Saldo

Mutaties

Eindsaldo

Mutaties

Eindsaldo

Afwijking

Bestemmingsreserve werkgelegenheidseffecten

9.575

0

9.575

-1.550

8.025

1.550

Bestemmingsreserve Werkoffensief +500

1.011

1.780

2.791

-1.000

11

2.780

Bestemmingsreserve STiP 2.0

0

5.000

5.000

5.000

5.000

0

Bestemmingsreserve WiGo4IT

0

3.500

3.500

3.500

3.500

0

Totaal

10.586

10.280

20.866

5.950

16.536

4.330

 

Bestemmingsreserve werkgelegenheidseffecten (STiP)
Gezien corona en de impact op de dienstverlening was het in 2020 niet nodig om de begrote € 1.5 mln. te onttrekken. Eerder dit jaar is naar aanleiding van de 8-maandsrapportage besloten om de begrote onttrekking te verlagen met € 4.8 mln. om deze middelen in te zetten in 2021 (RIS 307129.) voor het sociaaleconomisch herstelplan initiatief 1.

Bestemmingsreserve STiP 2.0
Deze reserve is ingesteld bij de begroting 2021-2024 (RIS 306159, bijlage 3) voor STiP: Sociaal Traject in Perspectief. Dit is bedoeld voor het mogelijk risico om de kandidaatgerelateerde kosten in een bepaalde jaarperiode niet te kunnen dekken. Conform de begroting is er in 2020 € 5 mln. aan de reserve STiP 2.0 toegevoegd.

Bestemmingsreserve WiGo4IT
Deze reserve is ingesteld bij de begroting 2021-2024 (RIS 306159, bijlage 3) om gedurende 2020-2025 te kunnen investeren in de IT van de primaire processen werk en inkomen. Er is in 2020 conform de begroting € 3.5 mln. toegevoegd aan de reserve Wigo4it.

Bestemmingsreserve Werkoffensief +500
Om de door het college beschikbare middelen voor het Werkoffensief +500 te oormerken, is in 2019 gekozen voor een specifieke bestemmingsreserve. De toevoeging en onttrekking zijn in de programmabegroting opgenomen: € 9,3 mln. bij de baten en € 8,3 mln. bij de lasten. Door een onderbesteding bij het Werkoffensief is in 2020 minder onttrokken uit de reserve.

bedragen x € 1.000

Voorzieningen

Begin

Rekening 2020

Begroting 2020

Saldo

Mutaties

Eindsaldo

Mutaties

Eindsaldo

Afwijking

Voorziening Kredieten Particulieren Woningverbetering

10

-10

0

0

10

-10

Voorziening Non-actieven

1.219

-1.219

0

-200

1.019

-1.019

Totaal

1.229

-1.229

0

-200

1.029

-1.029

Voorzieningen Programma 7 werk en inkomen zijn dit jaar vrijgevallen na de vaststelling dat deze voorzieningen niet conform het BBV waren.

bedragen x € 1.000

Investeringen MIP

Rekening 2020

Begroting 2020

Totaal

Derden/
Voorz.

Gem.
aandeel

Totaal

Derden/
Voorz.

Gem.
aandeel

Economisch nut:

Investering in productieplatform

96

96

0

0

Totaal

96

0

96

0

0

0

 
Het betreft hier het installeren van een nieuwe koelwand op de Kerketuinenweg 24. De oude koelwand was defect.  

Deze pagina is gebouwd op 11/01/2024 09:03:23 met de export van 11/01/2024 08:46:05