Externe ontwikkelingen
De Nederlandse economie kromp in 2020 met 3,7% (2019: plus 1,7%) als gevolg van de wereldwijde Coronapandemie. De economie van de eurozone kromp in 2020 met 5,0%. In 2019 was er nog een economische groei van 1,1%. De inflatie in Nederland in 2020 was met 1,1% een stuk lager dan in 2019 (2,7%). Dit kwam met name door de sterke daling van de energieprijzen. De inflatie in de eurozone bedroeg in 2020 0,3% (2019: 1,2%).
Macro-economische cijfers Nederland 2020 en 2019
Jaargemiddelden (in procenten) | ||
Macro-economische cijfers Nederland | 2020 | 2019 |
---|---|---|
Reële groei BBP * | -3,7% | 1,7% |
Inflatie * | 1,1% | 2,7% |
(Refi)rente (ECB) ** | 0,0% | 0,0% |
3-maands rente ** | -0,5% | -0,4% |
10-jaars rente staat ** | -0,4% | -0,1% |
* gegevens o.b.v. Centraal Economisch Plan (CEP) maart 2021 | ||
** stand ultimo 2020 |
Renteontwikkelingen geldmarkt (leningen met een looptijd korter dan of gelijk aan één jaar)
Afgezien van een korte opleving aan het begin van de coronacrisis liggen de euribortarieven (korte rente tarieven) al heel lang op zeer lage (en negatieve) niveaus (minus 0,4%-0,5%). Dit komt vooral door het ruime monetair beleid van de Europese Centrale Bank (ECB). De beleidsrente van de ECB staat al vanaf maart 2016 op 0% en de depositorente is zelfs negatief (-0,5%). De ECB houdt de korte rentes zo laag om de economie te stimuleren en de recessie tegen te gaan. Om te voorkomen dat de coronacrisis uitmondt in een grote economische crisis, (zoals we die zagen in 2008) koopt de ECB daarnaast staatsobligaties op om de economie te blijven stimuleren. Sterkere economische groei zou namelijk helpen de inflatie blijvend richting de ECB-doelstelling van ‘onder, maar dichtbij 2%’ te krijgen.
Renteontwikkelingen kapitaalmarkt (leningen met een looptijd langer dan één jaar)
De Nederlandse lange rentes zijn in 2020 als gevolg van de coronacrisis naar historisch lage niveaus gedaald. Eind 2020 stond de 10-jaars Nederlandse staatsrente op minus 0,50% (eind 2019: minus 0,15%). Financiële markten verwachten dat de lange rentes een bodem hebben bereikt. Overheden lenen momenteel heel veel geld op de kapitaalmarkt om economieën te laten herstellen van de coronapandemie. De grote vraag naar geld zorgt voor opwaartse druk op de lange rentes. Wat de stijging remt, is dat Europese lidstaten hebben gezegd bereid te zijn elkaar te helpen. Dat geeft beleggers vertrouwen. Verder wordt monetair ook heel veel gedaan (opkoopprogramma’s obligaties). Dit drukt ook de stijging van de kapitaalmarktrentes.
Interne financiering
Kortlopende interne financiering (korter dan 1 jaar)
Alle bankrekeningen van de gemeente worden centraal beheerd. De Treasury voorziet in de financieringsbehoefte van de gemeente, die ontstaat uit het saldo op de bankrekeningen van de lopende uitgaven en inkomsten (exploitatie en investeringen).
Langlopende interne financiering (langer dan 1 jaar)
Voor de interne toerekening van de rentekosten over investeringen hanteert de gemeente het omslagsysteem. Dit houdt in dat over alle investeringen een gemiddelde rente wordt gerekend, de zogeheten omslagrente. Deze omslagrente wordt aan het begin van elk jaar vastgesteld. Voor het begrotingsjaar 2020 is de omslagrente bepaald op 1,50%. In 2020 is € 28,6 mln. aan rente toegerekend en verantwoord in de diverse beleidsprogramma’s. De gemiddelde betaalde rente over 2020 over het geleende geld is 1,98% en is exclusief de doorverstrekkingen aan derden op 1,84%. De steeds verder dalende lange rente heeft een positief effect op de gemiddelde rente van de leningenportefeuille.
Het onderstaande wettelijke renteschema geeft inzicht in de berekening van de omslagrente:
Bedragen x €1.000 | |||
Renteschema | Jaarrekening 2020 | Begroting 2020 | |
A | Externe rentelasten over de korte en lange financiering | 31.135 | 30.824 |
B | Externe rentebaten over de korte en lange financiering | -12.904 | -13.364 |
C | Saldo rentelasten en rentebaten | 18.231 | 17.460 |
Rente grondexploitaties | -1.830 | -2.241 | |
Rente projectfinanciering | -3.888 | -3.986 | |
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente | 12.513 | 11.233 | |
D1 | Toegerekende rente over eigen vermogen | 9.853 | 7.252 |
D2 | Toegerekende rente over vreemd vermogen | 3.000 | 2.278 |
E | Totaal toe te rekenen rente | 25.366 | 20.763 |
Toegerekende omslagrente | 28.624 | 28.417 | |
F | Renteresultaat | 3.258 | 7.654 |
Inzet renteresultaat aan algemene middelen | -3.258 | -7.654 |
De boekwaarde van de activa die integraal worden gefinancierd bedraagt per 1 januari 2020 € 1,91 mld. (begroot € 1,89 mld.). In 2020 bedroeg het toegerekende rentepercentage is 1,31% (€ 25.366/1,91 mld.). Op begrotingsbasis 1,10%. Er heeft geen nacalculatie van de rente plaatsgevonden omdat de afwijking binnen de door de BBV toegestane marges blijft. Een lagere rentetoerekening is gemeentebreed neutraal. Een lagere rente leidt tot een lagere last bij de activiteiten, maar ook tot een even grote lagere baat binnen het programma Financiën.
De toegerekende rente over het eigen vermogen is conform staande afspraken betrokken bij de toevoeging aan de voorziening negatieve plannen en de dekking van de apparaatskosten van programma Stadsontwikkeling.